5 mei – een dag waar ik tegenop zag
Veertig kilometer stond er die dag op de agenda. Ik zag er tegenop. Soms komt het nu eenmaal zo uit met de overnachtingsplekken. Het is de hele week al aardig slecht weer. Regelmatig regen en hoosbuien. 's Nachts lage temperaturen waar mijn zomer-slaapzak niet tegen opgewassen is.
Ik kies deze dagen dan maar voor een vast dak boven mijn hoofd. Dat betekent wel dat mijn etappes qua slaapplaatsen soms wat ongunstig uitkomen. En daarom heb ik vandaag, 5 mei, dus die veertig kilometer voor de boeg.
En daar zie ik tegenop. Is het niet teveel? Kunnen mijn voeten het aan? Gaat het lukken met eten onderweg? Et cetera. Ik vertrok om acht uur en het werd een fantastische dag; een dag waarop alles goed was.
De omgeving van de Champagne-streek was prachtig. De wijngaarden van Epernay waar ik dwars doorheen liep, langs korenvelden en weides vol knalgeel koolzaad, door bossen over natte karrensporen.
Wat voelde ik me sterk deze dag. Zo'n gevoel dat je alles aankunt. Zo'n gevoel – wanneer je moe aankomt – dat je er nog wel tien kilometer bij had kunnen lopen. En dat alles vergezeld door een schraal zonnetje, een fris windje en het gefluit van vogels.
Om 6 uur ben ik op mijn plaats van bestemming. Ik slaap in een klooster. Een lief oud nonnetje vangt me op en geeft mij thee en wat brood met chocolade. Ik neem een warme douche en schuif een uurtje later aan voor een heerlijke warme maaltijd.
De dag waar ik zo tegenop zag is uiteindelijk een dag om in te lijsten.
7 mei – Een dag van 'toeval'
Het weer is wat beter vandaag. Mijn plan is om vandaag naar een camping te lopen, zo'n zevenentwintig kilometer verderop, en daar te kamperen. Het weer houdt zich echter niet al te veel aan de voorspellingen…
In de loop van de middag betrekt het. De wolken zien er steeds grimmiger uit. Dat belooft weinig goeds. Rond half vijf kom ik aan op de camping. Het ziet er netjes uit. Ik besluit eerst even snel het bijgelegen gehucht in te lopen om te zien of ik nog wat te eten kan vinden. En daarna zet ik mijn tent op. Dat is mijn plan…
Ik loop de camping af en het begint hard te waaien. Ik kijk omhoog en zie in de verte een zwarte lucht aankomen. Niet een beetje zwart, maar echt zwart. Onweer zwart. Ik besluit ter plekke dat ik dus niet in mijn tentje ga liggen vannacht. Maar wat dan wel? Geen idee…
Ik loop het gehucht in en zie meteen de Marie, het gemeentehuis. Ieder dorp, gehucht, stad in Frankrijk heeft wel zo'n Marie. Er loopt net iemand naar buiten die de toegangsdeur meteen afsluit. Ik kan hem nog net aanschieten en vraag hem of hij misschien een slaapplaats weet voor een pelgrim uit Nederland. Hij wijst wat en noemt een huisnummer. Ik ga op zoek en met een beetje geluk vind ik het adres. Het blijkt een soort parochiehuis te zijn.
Ook hier krijg ik weer thee en koekjes aangeboden. Ik mag hier blijven die nacht, in een eigen kamer met douche, en ook weer aanschuiven bij het avondeten! 's Nachts lig ik in mijn heerlijk droge en veilige bed te luisteren naar het onweer, de wind en het gieten van de regen. Ik denk dat mijn tentje met mij erbij zou zijn weggedreven als ik toch op die camping was gebleven…
Met sportieve reisgroet,
Dirk | De Reiscoach | 14 mei 2014
Hey, boffen joh! Wel shit met het weer. Al zal het hopelijk als je zuidelijker komt steeds beter worden.
Loop je alleen of kan je niet met anderen optrekken?
Hier is het nu warm. Mijn plantjes houden het niet uit.
Hier is het nog hetzelfde verder. Ik kom nergens aan toe.
Groeten, loop ze.